Bossche stadsclubs in zwaar weer

Amateurvoetblubs uit de stad Den Bosch hebben het moeilijk. Ze zien steeds meer leden vertrekken naar clubs uit de dorpen van de Brabantse hoofdstad, zoals Emplina, FC Engelen en OJC Rosmalen. Daarnaast kampen ze ook met een tekort aan vrijwilligers en kader op hun dikwijls verouderde accomodaties.

door Kees van der Zandt

Het gaat op prestatief en organisatorisch gebied niet goed met het amateurvoetbal in de stad Den Bosch. Van die stadsclubs speelt CHC het hoogste als tweedeklasser, na de tweede en derde divisie, eerste en tweede klasse pas het vijfde niveau bij de amateurs. Een roemruchte Bossche club als BVV , in de vorige eeuw nog uitkomend op het hoogste amateurniveau speelt zelfs nog lager,in de derde klasse en heeft het daarin behoorlijk moeilijk om zich te handhaven. De stadsclubs zagen bovendien hun ledenaantal de afgelopen decennia gigantisch teruglopen. Veel leden kozen er voor om voortaan te gaan voetballen bijclubs uit de Bossche dorpen zoals OJC Rosmalen, FC Engelen en Emplina. ,,Omdat die clubs op schitterende complexen spelen en de accomodaties vanveel stadsclubs behoorlijk verouderd zijn", gaf Joan Wagenaar, scheidend bestuurslid van het moeilijk hebbende OSC'45 uit Den Bosch-Noord onlangs aan als oorzaak in het Brabants Dagblad. De gemeente mag dan het onderhoud van de accomodaties van sommige stadsclubs de laatste jaren wat hebben verwaarloosd.Veel leden vertrokken ook bij die verenigingen, omdat ze zichzelf niet meer herkenden en thuis voelden bij de verschillende culturen bij hun cluppie. Ook het betalen en halen van spelers voor het eerste elftal bij andere clubs uit de stad werd door veel vetrekkers niet meer gewaardeerd. Daarnaast knapten veel vertrekkende leden af op het feit dat er door de stadsclubs nauwelijks werd geanticipeerd op ontwikkelingen als het meisjes- en vrouwenvoetbal, dat is uitgegroeid tot een zeer populaire sport. Ook bij het organiseren van evenementen buiten het voetbal lopen de stadsclubs, in tegenstelling tot de Bossche dorpsclubs over het algemeen niet voorop. Omdat de dorpsclubs uit Den Boschdikwijks veel actiever daarin blijken te zijn lijkt de massale verhuizing naar clubs als Emplina, Engelen en OJC verklaard.

Wilhelmina en BLC vormen een uitzondering op de teloorgang vanBossche stadsclubs. Beide clubs hebben hun zaakjes organisatorischgoed voor elkaar, halen en betalen geen spelers en hebben meer leden dan ooit tevoren.Maar ook bij BVV doet men alles om uit het dal te kruipen en weer een club met kop en staart te wprden. Dat wil zeggen naast het eerste elftal , een hoog spelend tweede en veel jeugd.Oud-speler Jordy Thomassen, momenteel spelend bij Helmond Sport,is er aangesteld als hoofd opleidingen. Hij gaat proberen om de opleiding van BVV weer de uitstraling van vroeger te geven. ,,BVV heeft momenteel weinig jeugd en die veel te laag speelt", zegt hij. ,,We willen net als vroeger weer dat in elke leeftijdscategorieeen team van BVV op landelijk niveau gaat spelen. Bekende voetballers als Mats Deijl , Ralf Seuntjes en Danny Verbeek helpen ons daarbij. We hebben nog een lange weg te gaan, maar BVV komt terug op het hoge niveau van vroeger kan ik je verzekeren."